Hôtel-Dieu, Hospices de Beaune
Bourgondië werd in het midden van de 15de eeuw geteisterd door hongersnood, epidemieën en plunderende bendes. In 1441 verleende Paus Eugene IV aan Nicolas Rolin, kanselier van de hertog van Bourgondië toestemming om een hospitaal te bouwen voor armen en zieken
Nicolas Rolin koos Beaune als locatie voor zijn liefdadige stichting. Op 4 augustus 1443 legde hij ceremonieel de eerste steen voor wat hij zag als een ruil: zijn wereldse rijkdom inwisselen voor een hemels verblijf. Het complex is een prachtig voorbeeld van Bourgondisch-Vlaamse architectuur, met houten galerijen rond een binnenplaats met een oude waterput.
De 52 meter lange ziekenzaal, de Grand’ Salle of Chambre des Pauvres, is door een houten wand gescheiden van de kapel. In de authentieke chambretten werden patiënten liefdevol verzorgd door nonnen; maaltijden en zorg stonden op hoog niveau – vandaag zou het zeker een vermelding in de Guide Michelin verdienen. De zieken konden vanuit hun bed het altaar zien en de mis volgen. Het gewelf, als een omgekeerde scheepsromp, toont beschilderde balken met kleurrijke figuren. De ingetogen buitenkant contrasteert met de feestelijke binnenplaats, waar geglazuurde dakpannen geometrische patronen vormen.
Beaune was tot in de 14e eeuw residentie van de hertogen van Bourgondië en groeide uit tot centrum van de wijnbouw. De wijngaarden van de Hospices de Beaune leveren nog steeds exclusive wijnen die jaarlijks in november per opbod worden verkocht ten bate van de liefdadigheid.
Het complex herbergt ook een museum met het beroemde veelluik Het Laatste Oordeel van Rogier van der Weyden. Nicolas Rolin bestelde het werk in 1443 bij de Vlaamse meester ter verfraaiing van het altaar in de Grand Salle, waar de zieken vanuit hun bed de mis konden volgen. Het behoort tot de hoogtepunten van de 15de-eeuwse schilderkunst.
Op het middenpaneel zit Christus, tronend op een regenboog, omgeven door wolken. Onder hem weegt de aartsengel Michaël de zielen, geflankeerd door Maria en Johannes, met daarachter de apostelen. Beneden stijgen de doden uit hun graven op: links de uitverkorenen, rechts de verdoemden. De buitenluiken, zichtbaar wanneer het altaar gesloten was, tonen Rolin en zijn vrouw Guigone, samen met de heiligen Sebastiaan en Antonius, patroonheiligen van het Hôtel-Dieu.