Van Waalre naar de Achelse Kluis.  

Afstand: 12 km  /  Duur: ± 180 minuten


Deze wandeling laat zien hoe nauw de geschiedenis van Waalre en Valkenswaard met elkaar verweven is. Van de 13e eeuw tot aan de Franse Revolutie van 1795 vormden beide dorpen één bestuurlijke eenheid. We starten bij de Oude Willibrorduskerk in Waalre, een van de oudste kerken in de regio. Vandaar loopt de route via het Loon en de Loondermolen, langs oude akkers en beeklopen, naar het centrum van Valkenswaard.

In Valkenswaard volgen we de Maastrichterweg, van de Markt naar de Kluizerdijk – de historische weg die eeuwenlang de verbinding vormde met de Achelse Kluis. Deze Kluis, ooit een afgelegen plek op de zandgronden precies op de grens van Nederland en België, heeft de laatste jaren een nieuw hoofdstuk gekregen.

Sinds 2022 is de Belgische ondernemer Jan Tormans eigenaar. Hij wil de brouwerij nieuw leven inblazen, met plannen voor een gastronomisch restaurant en een kaasmakerij. Zo wordt een eeuwenoude stilteplek opnieuw een levendige bestemming.  


Route

1 > Waalre - de Oude Willibrorduskerk
2 > Buurtschap Loon
3 > Kasteel  en Loondermolen
4 > Kerkhof en de oude kerk van Valkenswaard
5 > Valkenswaard-centrum
6 > Maastrichterweg
7 > De Kluizerdijk
8 > De Tongelreep
9 > De geschiedenis van de Achelse Kluis
10 > De geschiedenis van de Abdij


1 > Waalre - de Oude Willibrorduskerk

Vermoedelijk werd hier op 26 mei 712 een houten Mariakerk ingewijd door de Ierse monnik Willibrord (657–739), de man die het christendom in deze streek bracht. Na zijn dood kwam de kerk in het bezit van de abdij van Echternach, waarmee Waalre eeuwenlang verbonden bleef.

Het oudste deel van de huidige kerk, opgetrokken uit tufsteen, dateert uit de 12e eeuw. Rond 1425 werd het gebouw uitgebreid met een priesterkoor en vermoedelijk een torentje waarin een uurwerk hing. Enkele decennia later, omstreeks 1470, werd het romaanse schip verhoogd en in gotische stijl omgevormd – een teken van groeiende welvaart en geloofsbeleving.

Tussen 1648 en 1798, in de periode na de Vrede van Münster, namen de protestanten de kerk in gebruik. De katholieke gemeenschap week uit naar een eenvoudige schuurkerk aan de Bolksheuvel. Pas in de 19e eeuw keerde de katholieke eredienst terug.

Tussen 1854 en 1859 kreeg de kerk een neogotisch aanzien, maar tijdens de restauratie van 1941–1942 bracht architect Hendrik Valk de middeleeuwse eenvoud grotendeels terug. Zo toont de kerk vandaag een gelaagde geschiedenis van meer dan dertien eeuwen – van missionaire houten kapel tot zorgvuldig hersteld rijksmonument.

 

Architect Hendrik Valk is in Waalre een vertrouwd naam. Hij liet hier meerdere rijksmonumenten na, waaronder het gemeentehuis en het woonhuis van schrijver Antoon Coolen aan de Blokvenlaan. Op het kerkhof naast de Oude Willibrorduskerk ligt ook Antoon Coolen zelf begraven, die van 1938 tot aan zijn dood in 1961 in Waalre woonde.

Na de Tweede Wereldoorlog kreeg de kerk een nieuwe betekenis: ze werd ingericht als provinciaal herdenkingsmonument voor de Brabantse gesneuvelden. Bijzonder is ook het uurwerk in de toren, dat volgens overlevering afkomstig is van dezelfde maker als het eerste openbare uurwerk van de stad Parijs. De beiaard, een geschenk van de Brabantse industrie uit 1950, voegt er een klank van dankbaarheid aan toe.

Het pad wat we gaan bewandelen is onderdeel van een eeuwenoud kerkepad. Het loopt vanaf deze kerk via de buurtschappen Den Hulst en het Loon naar het nog gedeeltelijk bestaande kasteel van Waalre.

Route: We volgen het kerkpad aan de hand van de bewegwijzering tot aan het buurtschap Loon.


2 > Buurtschap Loon

Deze buurtschap geeft een idee van hoe aan het einde van de 18e en in de loop 19e eeuw deze agrarische omgeving eruit zag. Samen met het nabijgelegen Timmereind is het nu een beschermd dorpsgezicht. Drie van de aanliggende langgevelboerderijen zijn Rijksmonument.

Route: We  volgen het wandelpad in zuidelijke richting Loonderhoeve aan de Dommelseweg. 


3 > Kasteel en Loondermolen

Vanaf de 13e eeuw vormde Waalre dus een bestuurlijke eenheid met Valkenswaard; de heerlijkheid Waalre, Valkenswaard en Aalst. Het bestuurlijk centrum lag hier bij de Loonderhoeve, de vroegere Loondermolen. In 1721 werd Aalst van deze heerlijkheid afgescheiden en in 1794 ten tijde van de Franse revolutie kwam ook een einde aan het samengaan van Valkenswaard en Waalre. De kasteelboerderij aan de overzijde is een overblijfsel van een oud kasteel, waarvan de sporen nog te vinden zijn in de huidige boerderij.

Route: We vervolgen onze wandeling in zuidelijke richting langs het wandelpad van de boerderij en volgen dit tot aan het buurtschap ‘het Gegraaf’. We komen uit bij de Weegbree en gaan dan naar links naar de Nieuwe Waalreseweg. We gaan naar rechts, vervolgens steken we de Tienendreef over en komen bij het kruispunt bij de Kardinaal de Jongstraat. Hier gaan we linksaf en zien aan de linkerzijde het oude kerkhof. 


4 > Kerkhof en de oude kerk van Valkenswaard

De geschiedenis van deze begraafplaats gaat terug tot 1500, toen hier de middeleeuwse kerk van Valkenswaard werd gebouwd. De kerk stond bij de Rosheuvel aan de Kerkwech die naar Geenhoven (Ghinhoeven) voerde. Nadat in 1860 op de Markt de nieuwe St. Nicolaaskerk in gebruik is genomen, werd de kerk gesloopt maar het kerkhof bleef bestaan.  

Route: We gaan door tot aan de Waalreseweg en gaan rechtsaf richting centrum.


5 > Valkenswaard

De geschiedenis van Valkenswaard is onlosmakelijk verbonden met die van Waalre. Eeuwenlang vormden beide dorpen samen één heerlijkheid, één bestuurseenheid. Hun gezamenlijke wortels reiken terug tot het jaar 704, toen deze streek nog werd bewoond door heidense Franken. Rond 700 kwam de Angelsaksische missionaris Willibrordus naar de Lage Landen om het christendom te verspreiden. In deze omgeving bekeerde hij een Frankische adellijke familie, de Angilbadi. Uit dankbaarheid schonk deze familie hem in 740 een stuk land tussen de rivieren de Tongelreep en de Dommel.

Van die schenking bestaat een opmerkelijk document — mogelijk de oudste akte van Brabant. Daarin staat te lezen: “Angilbaldus gaf mij het dorp Wadradoch (Waalre) in Taxandrië, aan de rivier de Dommel.” Daarmee werd de basis gelegd voor het latere Waalre en Valkenswaard.

De heilige Willibrordus sleet zijn laatste jaren in de Benedictijner abdij te Echternach. In 726 vermaakte hij al zijn eigendommen aan deze abdij. Herhaaldelijk – tot na 1800 – treedt deze abdij nog op bij grondverkoop. In 1326 wordt Valkenswaard voor het eerst genoemd als Weedert, later Weert (tot 1670), Weert op den Driesch (1670-1700), en daarna Valckenswaerd. De naam Valckenswaerd komt zeker van de valkenvangst 

Route: We steken de Markt over en wandelen richting de Sint Nicolaaskerk.


De Maastrichterweg

De bouw van de Sint Nicolaaskerk begon in 1860. Met de komst van de steenweg tussen Den Bosch en Luik (Maastrichterweg) begin 1800, verschoof het centrum van Valkenswaard naar de huidige markt. De kerk, ontworpen door de Duitse architect Carl Weber (1820-1908), had een merkwaardig torentje. Daarom werd in 1929 Jan Stuyt (1868-1934), een bekende Nederlandse kerkenbouwer, gevraagd een nieuwe toren te ontwerpen. Stuyts architectuur combineert Romaanse en Byzantijnse stijlen, waardoor deze kerk afwijkt van de gebruikelijke Kempische kerkenbouw.

Route: We vervolgen de route via de Maastrichterweg (het aangegeven routepad) een behoorlijk stuk tot aan de Zuidelijke Randweg. Hier steken we over, vervolgen een klein stukje Maastrichterweg en gaan dan links richting de Kluizerdijk.


7 > De Kluizerdijk

Dit is de oude verbindingswewg tussen de Kluis en Valkenswaard. Het voert de tocht door een agrarisch landschap in de beekdalen van het riviertje de Tongelreep.


8 > De Tongelreep

De Tongelreep is een zijriviertje van de Dommel, dat in België ontspringt bij Neerpelt (in Belgie: Warmbeek) en via Valkenswaard en Aalst in Eindhoven bij de Dommel samenkomt. De Tongelreep stroomt onder meer langs de Achelse Kluis, het Leenderbos, de Valkenhorst met de visvijvers, en de Genneper Parken. Al sinds de middeleeuwen zijn er wijzigingen aan de bedding van de Tongelreep uitgevoerd. In 1890 het deel ten westen van het huidige Leenderbos ten behoeve van de aanleg van visvijvers, terwijl het deel ten zuiden daarvan werd gekanaliseerd door de monniken van de Achelse Kluis. 

De gronden van de Achelse kluis in het dal van de Tongelreep zijn in 1989 verkocht aan Staatsbosbeheer. De natuurlijke toestanden zijn hersteld en ook de beemden van de Warnbeek worden in een meer natuurlijke staat gebracht. 


9 > De geschiedenis van de Achelse Kluis (I)

De Sint-Benedictusabdij van Achel, is een cisterciënzerabdij half op Belgisch en half op Nederlands grondgebied; het Belgische gedeelte ligt in de gemeente Hamont-Achel, het Nederlandse in de gemeente Valkenswaard. Officieel heet de abdij Onze-Lieve-Vrouw-van-La-Trappe-van-de-Heilige-Benedictus.

10 > De geschiedenis van de Abdij (II)

In 1656 bevond zich in het land van Achel al een zogeheten grenskerk, het Weerderhuis, waar katholieken uit Nederland naartoe kwamen om de mis bij te wonen. Deze kerk bood uitkomst in de tijd dat, na 1648, het katholieke geloof in de Noordelijke Nederlanden verboden was. Tot omstreeks 1672 bleef het Weerderhuis een schuilplaats voor geloof en gemeenschap.

In 1686 stichtte Petrus van Eijnatten uit Eindhoven op dezelfde plek een kleine gemeenschap van kluizenaars. Daarmee begon de religieuze traditie van de Achelse Kluis als centrum van stilte, bezinning en geestelijk leven. Alleen tijdens de Franse Revolutie werd deze onderbroken.

De monniken van de Achelse Kluis leefden eeuwenlang van het land. Ze bewerkten de akkers, hielden vee en waren grotendeels zelfvoorzienend. Naast landbouw waren er een bakkerij, een kaasmakerij en een kleine werkplaats waar boenwas werd gemaakt. Ook groenten en fruit werden verbouwd binnen de muren van de abdij.

Een poging tot schaalvergroting in de twintigste eeuw mislukte echter. In 1989 verkocht de gemeenschap haar landbouwgronden aan Staatsbosbeheer. De abdij-economie hield zich sindsdien staande dankzij broeder Martinus, het kleine winkeltje, en vooral dankzij de brouwerij waar het Achelse trappistenbier werd gebrouwen. Er kwam een brasserie en een galerie met religieuze artikelen — een bescheiden openstelling naar de buitenwereld.

Toen in 2020 de laatste twee monniken vertrokken naar Westmalle, leek het trappistenbier van Achel zijn erkende status te verliezen. Toch bleef de plek niet leeg.

Anno 2024 heeft de Achelse Kluis een nieuwe eigenaar en een nieuw elan. De bierproductie werd opgevoerd, het blonde Achel heet nu Tripel, het bruine Dubbel. De bieren zijn opnieuw in trek — hip en eigentijds. Intramuros klinkt hier echter nog altijd de echo van het kloosterleven, en er vestigde zich ook nieuw type broeder..